Om jouw bezoek aan deze website nóg makkelijker en persoonlijker te maken en het gebruik van deze website te kunnen blijven verbeteren, plaatsen we cookies. Ook plaatsen we cookies zodat we je gepersonaliseerde advertenties kunnen tonen. Door op ‘Akkoord’ te klikken accepteer je alle cookies. Lees meer
Wijzig je voorkeur via de ‘Cookie-instellingen’ onder aan de pagina. Lees het
Cookiebeleid
voor meer informatie.
Deze cookies zijn nodig voor de basisfunctionaliteiten van de website en zijn daarom standaard ingeschakeld.
Met deze cookies meten we het gebruik van de website en wordt het mogelijk gemaakt om je een persoonlijkere ervaring te bieden, gebaseerd op je interesses en bestelgedrag. Schakel je deze cookies in, dan kan dat leiden tot een betere ervaring.
Met deze cookies krijg je relevante advertenties en andere content aangeboden op basis van jouw interesses.
Meng de sojasaus met de rietsuiker, gochujang, knoflook en gember. Voeg een paar eetlepels water toe tot je een substantie hebt die tussen puree en saus inzit. Roer flink door zodat de suiker oplost.
Snijd de pootjes van de filets en snijd de filets in repen van ongeveer 1,5 cm. Meng het zetmeel met de rode pepervlokken en 1 volle theelepel zout. Schud alles flink door elkaar en schud overtollig zetmeel eraf.
Frituur de pootjes parelhoen ongeveer 6 minuten in de frituurolie op 170ºC. Schep ze eruit en laat uitlekken. Frituur vervolgens in 2 porties de stukken parelhoenfilet 5 minuten. Frituur samen met de tweede portie de pootjes weer één voor één mee. Laat uitlekken op keukenpapier.
Roer het sojasausmengsel nog eens flink door en meng met het gefrituurde gevogelte. Lekker met kimchi en gestoomde rijst.
Kimchi
Bijgerecht, voor 1 pot van ca. 1 liter
1. Maak de kool schoon en snijd in de lengte in 6 parten. Spoel goed schoon onder de koude kraan en laat goed uitlekken. Verdeel het zout over de kool en tussen de bladeren. Laat 2 uur staan en masseer de blaadjes intussen een paar keer zodat het zout overal komt en het blad wat zachter wordt.
2. Gooi het vocht dat is ontstaan weg en spoel de kool kort af. Proef hoe zout het is en voeg indien nodig nog wat zout toe of spoel als het te zout is de kool nog eens af.
3. Meng intussen 200 ml water al roerend met de rijstmeel en de suiker. Breng al roerend aan de kook tot het bindt. Laat op een laag vuur een paar minuten koken, laat vervolgens afkoelen.
4. Meng het afgekoelde rijstmengsel met de bosui, knoflook, gember, vissaus, chilivlokken, gochujang, radijs en wortel. Meng dit mengsel met de kool en zorg dat het ook tussen de bladeren komt. Proef of je zout of peper wilt toevoegen.
5. Duw de kool in een schone weckpot. Duw het goed aan zodat er geen lucht tussen de parten zit. Maak het rijstmengsel helemaal op. Zet de gevulde weckpot op kamertemperatuur weg. Na ongeveer 2 dagen begint het te fermenteren, het mengsel gaat dan wat bruisen en de smaak verandert. Zet de pot in de koeling zodat de fermentatie langzamer gaat. Open de pot af en toe en duw de kool steeds aan met een schone lepel. Laat de kool naar wens korter of langer fermenteren.